De hoofdstukken, die elk afzonderlijk gemiddeld 150 woorden bevatten, hebben
de volgende thema's:
1. La identificación
2. El cuerpo
3. La
comunicación
4. El hogar
5. La sociedad
6. El medio ambiente
7. El tiempo libre
8. El trabajo
9. La salud
10. El comportamiento
11. El transporte
12. La educación
13. La cultura
14. Los servicios
públicos
15. Los colores y las cantidades
Het thematisch aanbieden van
de woorden heeft een positief effect op het leren en memoriseren van de woorden.
Daarnaast bieden de zinnen waar de woorden in voorkomen, een houvast om de
betekenis en de betekenisgrenzen van het woord vast te kunnen stellen.
De woorden worden aangeboden met een oplopende moeilijkheidsgraad, met
betrekking tot het gebruik van werkwoordsvormen, verschillende tijden en
grammaticale zinsconstructies. Zo worden in de eerste vijf hoofdstukken vrijwel
geen werkwoordsvormen gevraagd. In de hoofdstukken daarna wordt daar een
voorzichtig begin mee gemaakt, om te eindigen met vormen van imperativo,
imperfecto, indefinido en subjuntivo. Op deze manier gaat de studie hand in hand
met de overige onderdelen van de Spaanse taalverwerving.
De woorden zijn gekozen op basis van de volgende criteria:
Per hoofdstuk zijn de woorden onderverdeeld in 4 categorieën, met betrekking
tot de moeilijkheidsgraad:
Moeilijkheidsgraad 1 | Transparante woorden, die makkelijk herleidbaar zijn uit
een andere taal en woorden met een
concrete en eenduidige betekenis. Deze woorden worden aangeboden in oefeningen waarbij vanuit het Spaanse woord de Nederlandse vertaling gezocht moet worden en andersom. |
Moeilijkheidsgraad 2 | Frequente woorden met een meerduidige betekenis, die ook op de hierboven beschreven manier geleerd moeten worden. In deze categorie vallen ook die woorden die qua schrijfwijze op elkaar lijken, maar niet noodzakelijk dezelfde betekenis hebben, zoals bijvoorbeeld la carta en 'de kaart'. |
Moeilijkheidsgraad 3 | Deze categorie bevat de moeilijkere woorden; woorden die minder frequent voorkomen, maar desondanks belangrijk zijn voor het begrip van complexere teksten. Het betreft vooral woorden met een abstracte betekenis, die receptief (Spaans-Nederlands) gekend moeten worden. |
Moeilijkheidsgraad 4 | In deze categorie vallen de woorden met een vast voorzetsel en een aantal uitdrukkingen, die vragen om aparte oefenvormen. |
Per moeilijkheidsgraad is er een keuze gemaakt uit bepaalde oefeningen, om de
woorden op de gewenste manier aan te bieden en te kunnen oefenen.
Dit leidt
tot het volgende overzicht:
Om te kunnen beginnen met het programma is naast het webadres, een wachtwoord
en een inlognaam nodig. Deze gegevens zal de docent aan het begin van het
semester bekend maken.
Na ingelogd te hebben en te kiezen voor 'hoofdmenu',
is het hoofdstukkenoverzicht te zien en kan er begonnen worden met het oefenen
van de woorden van een hoofdstuk. (De hoofdstukken dienen in een vaste volgorde
geoefend te worden, in verband met de oplopende moeilijkheidsgraad.)
De
woorden worden op een gevarieerde manier aangeboden.
Allereerst is er
per hoofdstuk een woordenlijst die de student eventueel kan printen. Vervolgens
worden de woorden als 'overhoorkaartjes' aangeboden. Het is heel belangrijk de
woorden van een hoofdstuk eerst met behulp van de kaartjes te memoriseren,
voordat aan de andere oefeningen begonnen wordt. Op deze manier heeft het
studeren het beste resultaat. De woorden worden zowel Spaans-Nederlands als
Nederlands-Spaans aangeboden.
Daarna komen de hierboven genoemde oefenvormen
aan de beurt.
De uitleg van elke oefening is te vinden bovenaan de oefening
zelf. Door op het knopje 'overzicht' te klikken, komt men weer terug bij het
hoofdstukoverzicht.
Na een aantal hoofdstukken (meestal 3) is er een diagnostische toets,
waardoor de studenten een idee krijgen van de voortgang van de studie.
De
toets bestaat uit een selectie van de woorden en oefeningen uit de voorafgaande
hoofdstukken. Ook worden de woorden in een andere context aangeboden (in
'gatenteksten'), zodat ook gecontroleerd kan worden of het woord in de juiste
betekenis gebruikt wordt in een andere dan de al eerder aangeboden context.
Het leren van ruim 2000 nieuwe woorden is geen kleinigheid en is onmogelijk wanneer men wacht tot een paar weken voor het examen. Het leren van de woorden heeft het meeste effect wanneer er elke week intensief geoefend wordt. Elke week 150 woorden leren is een zware taak die veel motivatie en doorzettingsvermogen vereist. Met behulp van het programma Manantial proberen we deze taak te veraangenamen en enigszins te verlichten en we hopen dat we daarin zullen slagen.
Het pakket bestaat uit 15 hoofdstukken en 6 toetsen. De hieronder vermelde indeling gaat uit van 20 weken van begin september tot het tentamen in januari.
week 1 | hoofdstuk 1 la identificación |
week 2 | hoofdstuk 2 el cuerpo |
week 3 | hoofdstuk 3 la communicación toets 1 |
week 4 | hoofdstuk 4 el hogar |
week 5 | hoofdstuk 4 el hogar |
week 6 | hoofdstuk 4 el hogar toets 2 |
week 7 | hoofdstuk 5 la sociedad |
week 8 | hoofdstuk 6 el medio ambiente |
week 9 | hoofdstuk 7 el tiempo libre toets 3 |
week 10 | hoofdstuk 8 el trabajo |
week 11 | hoofdstuk 9 la salud toets 4 |
week 12 | hoofdstuk 10 el comportamiento |
week 13 | hoofdstuk 11 el transporte |
week 14 | hoofdstuk 12 la educación |
week 15 | hoofdstuk 13 la cultura toets 5 |
week 16 | hoofdstuk 14 los servicios públicos |
week 17 | hoofdstuk 15 los colores y las cantidades toets 6 |
week 18 | herhaling |
week 19 | herhaling |
week 20 | herhaling |
Veel succes met Manantial!
De samenstellers: Anna Escofet Vilà en Carmen Lie-Lahuerta
© 2003-2014 Faculteit der Geesteswetenschappen, Universiteit van Amsterdam
Alle rechten voorbehouden. Niets uit dit programma mag op welke wijze dan ook worden vermenigvuldigd, aangepast, openbaar gemaakt en/of doorgegeven, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Faculteit der Geesteswetenschappen, UvA.
Auteurs: drs. C. Lie-Lahuerta en drs. A. Escofet Vilà, Capaciteitsgroep Romaanse talen en culturen